Ons laatste Nieuws
30 mei
ABNAMRO: Tijd voor duurder medicijnbeleid
Het grote tekort aan generieke geneesmiddelen wordt vooral veroorzaakt doordat buurlanden 25 procent meer voor medicijnen betalen. De Nederlandse overheid en verzekeraars hanteren striktere prijsplafonds dan bijvoorbeeld België en Duitsland. Onze buurlanden krijgen daarmee voorrang van leveranciers, waardoor de tekorten in Nederland alleen maar oplopen. De overheid zou de maximumprijzen dus moeten verhogen naar het Europese niveau. Dit geeft een kostenpost van 170 miljoen euro.
Het grote tekort aan generieke geneesmiddelen wordt vooral veroorzaakt doordat buurlanden 25 procent meer voor medicijnen betalen. De Nederlandse overheid en verzekeraars hanteren striktere prijsplafonds dan bijvoorbeeld België en Duitsland. Onze buurlanden krijgen daarmee voorrang van leveranciers, waardoor de tekorten in Nederland alleen maar oplopen. De overheid zou de maximumprijzen dus moeten verhogen naar het Europese niveau. Dit geeft een kostenpost van 170 miljoen euro.
Landelijke media berichtten dat vorig jaar 2292 meldingen zijn geregistreerd van tekorten aan medicijnen, een stijging van meer dan 50 procent ten opzichte van 2022. De schoen wringt met name bij de merkloze middelen die onderdeel zijn van het basispakket en door de apotheken geleverd worden. De tekorten in de markt zijn volgens het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) voor 68 procent toe te wijzen aan generieke medicijnen. Dat is geen toeval, want inmiddels betreft bijna 79 procent van alle doseringen die per dag worden gebruikt een merkvrij medicijn.
De totale kosten van deze zogeheten generieke middelen die we via de apotheken verkrijgen zijn echter relatief klein. In 2023 ging het om ongeveer 680 miljoen euro, minder dan 15 procent van de totale uitgaven die via de apotheken gedaan worden. De inzet van de overheid om de kosten van medicijnen binnen de perken te houden mag worden toegejuicht, maar treft dus nauwelijks doel omdat juist de middelen waarop nog een patent rust de meest kostbare zijn. Wel liggen de prijsplafonds voor generieke middelen al 20 procent hoger dan in 2022, waaruit kan worden afgeleid dat de overheid de inkoopvoorwaarden op dit punt iets heeft verruimd.
Volgens het CBG zijn de tekorten het gevolg van productieproblemen, maar ook doordat veel leveranciers voor bepaalde producten de Nederlandse markt de rug toe keren. Zo meldt het CBG dat er vorig jaar 849 producten uit de handel zijn genomen, bijna geheel als het gevolg van bedrijfseconomische redenen, oftewel; de lage prijzen gekoppeld aan hoge financiële risico’s voor de producenten. Deze verschraling van het productaanbod en als gevolg daarvan de tanende keuzes voor de zorgverzekeraars, apothekers en uiteindelijk de patiënt, zal bij handhaving van het stringente Nederlandse beleid steeds verder doorzetten.
Figuur 1. Medicijnprijzen in Nederland fors onder Europees gemiddelde (prijsverschil ten opzichte van Europees gemiddelde in procenten)
Het Zweedse agentschap TLV heeft de Europese maximumprijzen in 2021 en 2023 met elkaar vergeleken en hieruit blijkt dat als een leverancier kan kiezen tussen Nederland, België en Duitsland levering aan de buurlanden nog steeds vele malen aantrekkelijker is. Hoewel de verschillen in 2023 al aanmerkelijk zijn afgenomen, krijgt een producent voor hetzelfde product in Duitsland bijna 20 procent meer dan in Nederland. Ten opzichte van het gemiddelde in Europa koopt Nederland 25 procent lager in. Het Verenigd Koninkrijk (UK) heeft bovendien een duidelijk signaal afgegeven dat beschikbaarheid van producten belangrijk is en de inkoopprijzen in 2023 substantieel verhoogd naar prijzen die ruim boven het Europees gemiddelde liggen.
Een simpel rekenvoorbeeld geeft aan wat de kosten zijn als Nederland de gemiddelde prijs in lijn met Europa zou brengen.
Verschil in het eerste kwartaal 2023 |
Verschil in prijzen |
Extra kosten voor de generieke middelen via de apotheken |
Gemiddeld Europa |
25% |
680 x 0,25 = 170 miljoen euro |
In 2023 bedroegen de totale uitgaven voor het basispakket dat vergoed wordt door de zorgverzekeringswet 54,8 miljard euro. Een verhoging van deze uitgaven met 170 miljoen euro is slechts 0,3 procent van de kosten. Daarmee heeft de verhoging nauwelijks effect op de premie die verzekerden betalen.
Tijdens het komende zorgdebat van 30 mei is het wellicht de moeite waard om prijsverhoging voor generieke medicijnen op de agenda te zetten om de leveringszekerheid aan de consument in Nederland te verhogen. De tekenen zijn op zich positief nu demissionair minister Dijkstra naar aanleiding van moties in de Tweede Kamer op 16 mei al voortvarende plannen heeft neergelegd om voorraden aan te houden voor cruciale medicijnen en meer productie in Europa mogelijk te maken. Verhoging van de prijzen is echter nog geen onderdeel van de plannen. Integendeel: het ministerie heeft op 25 april aangekondigd dat de begroting voor apotheekzorg met 220 miljoen euro naar beneden kan worden bijgesteld omdat de prijzen achterblijven bij de verwachte inflatie.
Hogere prijzen betalen voor medicijnen lost zeker niet alles op. Tijdelijke of structurele tekorten zullen wereldwijd altijd bestaan en bovendien moet een wedloop met andere landen worden voorkomen. Wel kan onze positie in de wachtrij aanzienlijk verbeteren als we op zijn minst in de buurt van onze buurlanden komen.
Blijf op de hoogte
Wilt u altijd op de hoogte blijven van de laatste veranderingen en nieuws over Farma-actueel? Vraag de nieuwsbrief aan door uw e-mailadres hieronder in te vullen.